Vrijwillige overuren
Elke werknemer mag per kalenderjaar tot 100 overuren op vrijwillige basis presteren, ongeacht of hij voltijds of deeltijds werkt. Afhankelijk van de sector kan dit krediet opgetrokken worden tot 360 overuren op jaarbasis. De werknemer beslist zelf of hij deze overuren wil presteren; de werkgever kan dit niet aan de werknemer opleggen, maar kan dit wel weigeren indien hij dit niet wenst.
De werknemer en werkgever moeten voorafgaand aan deze prestaties een schriftelijk akkoord sluiten dat 6 maanden geldig is en telkens hernieuwbaar.
Overloon en grens van 143 uren
Deze overuren moeten niet ingehaald worden, maar er moet wel overloon betaald worden, zijnde een toeslag van 50% voor weekdagen of 100% voor zon- en feestdagen bovenop het normale loon.
De ‘vrijwillige’ overuren worden niet in aanmerking genomen voor de berekening van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur.
De eerste 25 (of maximum 60 indien voorzien in collectieve arbeidsovereenkomst in de sector) ‘vrijwillig’ gepresteerde overuren tellen niet mee voor de berekening van de interne grens van 143 uur. Deze grens bepaalt dat er maximaal 143 overuren mogen gepresteerd worden boven de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur, waarna de werknemer eerst inhaalrust moet toegekend krijgen alvorens verder overuren te mogen presteren.
Indien u hiervan wenst gebruik te maken in uw onderneming, kan uw dossierbeheerder u hier steeds in bijstaan.