Outplacement
Wat is outplacement?
Outplacement is een geheel van begeleidende diensten en adviezen die een werknemer in staat stellen om op een zo kort mogelijke termijn een nieuwe tewerkstelling te vinden. Deze dienstverlening wordt door de werkgever uitbesteed aan een outplacementbureau.
Wanneer van toepassing?
Een werknemer heeft recht op outplacementbegeleiding indien hij/zij ontslagen werd met:
- meer dan 30 weken opzeg -> algemene regeling
- minder dan 30 weken opzeg, MAAR hij/zij is 45 jaar of ouder EN heeft minimum 1 jaar anciënniteit -> specifieke regeling 45+
Algemene regeling
Opzeggingstermijn:
De ontslagen werknemer heeft recht op 60 u outplacement. Bij het uitvoeren van een opzeggingstermijn dienen de uren opgenomen te worden tijdens het sollicitatieverlof.
Het outplacementaanbod moet binnen 4 weken na aanvang van de opzeggingstermijn via aangetekende schrijven worden overgemaakt aan de werknemer.
Verbrekingsvergoeding:
Gaat het om een ontslag met betaling van een verbrekingsvergoeding, dan zijn de uren verdeeld op te nemen : 20 u tijdens de eerste 2 maanden, 20 u tijdens de daaropvolgende 4 maanden en 20 u tijdens de daaropvolgende 6 maanden. De waarde van het aangeboden outplacement mag 1/12e van het jaarloon bedragen, met een minimum van 1.800€ en een maximum van 5.500€.
In ruil voor de aangeboden outplacementbegeleiding, mag de werkgever 4 weken loon in mindering brengen van de verbrekingsvergoeding.
Specifieke regeling 45+
Een werknemer valt onder de bijzondere regeling outplacement, indien hij/zij:
- werkte voor een werkgever in de private sector
- werd ontslagen, maar niet omwille van dringende reden
- op het ogenblik van het ontslag
- minstens 45 jaar is
- EN minstens 1 jaar anciënniteit heeft
Het recht op outplacement gaat echter verloren op het moment dat de werknemer rustpensioen aanvraagt.
Spontane aanbieding of op verzoek
De werkgever dient spontaan een geldig en concreet outplacementaanbod te doen. Dit moet binnen 15 dagen na het einde van de arbeidsovereenkomst via aangetekend schrijven aan de werknemer worden bezorgd. Vervolgens heeft de werknemer 1 maand tijd om schriftelijk op dit aanbod in te gaan, bij voorkeur via aangetekend schrijven.
Voor bepaalde categorieën van werknemers dient de werkgever geen spontaan aanbod te doen, maar kan de werknemer er wel om verzoeken. Als de werknemer vrijgesteld is van outplacement, maar de werkgever doet toch spontaan een aanbod, kan de werknemer het aanbod weigeren zonder gevolgen voor het recht op uitkeringen.
Wil de werknemer toch een outplacementaanbod ontvangen, dient hij/zij hier binnen 2 maanden na kennisgeving van het ontslag om te vragen. De werkgever heeft vervolgens 15 dagen tijd om een geldig aanbod te doen.
Indien de werkgever geen tijdig spontaan aanbod doet of niet tijdig ingaat op het verzoek van de werknemer, kan de werknemer hem in gebreke stellen :
- Binnen 1 maand na het verstrijken van de termijn van 15 dagen
- Binnen 9 maanden na het verstrijken van de termijn van 15 dagen, bij ontslag met betaling van een verbrekingsvergoeding