Doelgroepvermindering bij eerste en volgende aanwerving
U heeft een zaak opgestart en alles loopt prima, opdrachten komen binnen, uw agenda loopt vol… Mogelijks maakt u de bedenking om een stap verder te gaan: een eerste werknemer in dienst nemen. Maar kost dit niet meer dan het opbrengt?
Om de startende werkgever een duwtje in de rug te geven werden er “doelgroepverminderingen bij eerste aanwervingen” in het leven geroepen. Dit houdt in dat de werkgever een vermindering krijgt op de sociale lasten bij de aanwerving van een 1e tot een 6e werknemer.
Doelgroepvermindering is niet nieuw, wat wijzigt er?
Doelgroepvermindering bestaat reeds een eindje. Begin dit jaar werd aangekondigd dat de maatregel afgeschaft zou worden per 31 december 2020. Door de coronacrisis werd de maatregel nu toch verlengd.
Het meest voordelige aanwerving is de aanwerving van een eerste werknemer.
Voor een eerste indiensttreding is er geen basiswerkgeversbijdrage verschuldigd aan de RSZ. Dit gedurende de hele tewerkstellingsperiode van de werknemer. De werknemer krijgt maandelijks zijn afgesproken loon (rekening houdende met de wettelijke afhoudingen), en de kost voor u bedraagt iets meer dan het bruto loon.
Deze maatregel betreffende de aanwerving van de eerste werknemer was oorspronkelijk geldig tot 31 december 2020. De Federaal minister van zelfstandigen en KMO’s, David Clarinval, heeft laten weten dat de maatregel zeker verlengd zal worden tot 31 december 2021.
Eind volgend jaar komt er een evaluatie van de maatregel en kan ook deze tewerkstellingsmaatregel eventueel voor onbepaalde duur van kracht gaan.
Wie wordt aanzien als nieuwe werkgever?
- Werkgever die nog nooit personeel in dienst heeft gehad (jobstudenten worden niet in rekening gebracht)
- Werkgever die reeds personeel heeft gehad, maar sinds minstens 4 opeenvolgende kwartalen die de indiensttreding vooraf gaan, niemand meer in dienst had. Dus indien u geen personeel meer in dienst had sinds 30/9/2019, kan u opnieuw een eerste werknemer in dienst neemt in het 4e kwartaal 2020.
- De onderneming mag geen zelfde technische bedrijfseenheid uitmaken met andere werkgevers. Indien dit wel het geval is, zal de RSZ nakijken of er meer tewerkstelling is in de technische bedrijfseenheid.
Voorwaarden betreffende de werknemer?
Er zijn geen specifieke voorwaarden betreffende de nieuwe werknemer. Dit kan een uitkeringsgerechtigde werkloze zijn, maar mag ook iemand zijn die ontslag genomen heeft bij een vorige werkgever. De vermindering is niet persoonsgebonden. Ook wanneer de werknemer het bedrijf verlaat en door iemand vervangen wordt blijft de vrijstelling gelden.
Doelgroepvermindering 2e tot en met 6de werknemer
Voor de indienstname van de 2e tot en met 6de werknemer kan de werkgever over 13 kwartalen een forfaitaire vermindering hebben op de RSZ-werkgeversbijdragen.
- Vermindering voor de 2e werknemer: 1550 euro de eerste 5 kwartalen, 1050 euro de volgende 4 kwartalen en 450 eur de laatste 4 kwartalen
- Vermindering 3e tot en met 6e werknemer : 1050 euro de eerste 9 kwartalen, 450 euro de volgende 4 kwartalen.
Het KB betreffende de vermindering 2e tot en met 6e werknemer is voor onbepaalde duur gesloten dus loopt ook in 2021 en verder, behoudens er eventuele wijzigingen door de overheid ingevoerd worden.
Andere verplichtingen bij indiensttreding
De vermindering eerste werknemer is een mooie duw in de rug voor een beginnende werkgever. Maar naast het loon en de loonkost moet u ook nog voorzien in het afsluiten van een arbeidsongevallen verzekering, aansluiten bij een interbedrijfsgeneeskundigedienst (arbeidsgeneesheer) en dergelijke. Ook de jaarlijkse bijdrage voor vakantiegeld voor arbeiders blijft ten laste van de werkgever.
Wil u meer weten over het starten met personeel , neem dan gerust contact op met onze diensten. Wij kunnen u met raad en daad bijstaan in de nieuwe stap van uw onderneming.